Voetballer Quincy Promes had volgens het Openbaar Ministerie een sturende rol bij de smokkel van twee partijen cocaïne die in 2020 de haven van Antwerpen binnen zijn gekomen. Dat baseert het OM op basis van onderzoek tegen Promes naar betrokkenheid bij internationale drugshandel.

Het inlichtingenteam van de politie kreeg in 2018 informatie binnen dat een voetballer geld zou hebben geïnvesteerd in cocaïnehandel. De voormalige Ajax-speler zou contacten hebben gehad in de drugswereld, mogelijk over wapens beschikken en in het bezit zijn van een PGP-telefoon waarmee versleutelde berichten konden worden verstuurd. De politie kreeg destijds toestemming om zijn telefoon af te luisteren.

De zaak kwam vandaag aan de orde in de rechtbank in Amsterdam. De advocaten van de voetballer lieten weten dat hun cliënt niets met drugssmokkel te maken zegt te hebben. Promes staat daar ook terecht voor het steken van een neef op een familiefeest. Daar volgt op 18 juni uitspraak van. Het OM had hiervoor twee jaar celstraf geëist.

De zaak voor de cocaïnesmokkel wordt op 11 augustus voortgezet.