vrijdag 26 april 2024
Kijk | Ontdek | Luister | mee op nu.cw

Staatssecretaris Alexandra van Huffelen (D66) van Koninkrijksrelaties en Digitalisering reageert in een brief op vragen van Tweede Kamerlid Sylvana Simons (BIJ1) over de wederopbouw van Sint Maarten na de orkanen Irma en Maria.

Simons kaart aan dat ongeveer de helft van het geld dat de Nederlandse regering na orkaan Irma vier jaar geleden beschikbaar heeft gesteld voor de wederopbouw van Sint Maarten nog altijd bij de Wereldbank ligt. Hierdoor kan Sint Maarten het nog niet besteden aan het repareren van gebouwen, huizen en de infrastructuur.

In de brief legt Van Huffelen uit dat de bijdrage van de Nederlandse regering voor de wederopbouw voor het grootste deel via een trustfonds bij de Wereldbank verloopt. Volgens de staatssecretaris moet de wederopbouw zorgvuldig gebeuren. Ook legt ze uit dat inmiddels veel projecten, na een fase van veel voorbereiding, in uitvoering zijn gegaan. “Doorgaans beginnen de grote uitgaven aan de projecten in de uitvoerende fase”, aldus van Huffelen.

De staatssecretaris legt vervolgens de constructie van het trustfonds uit. De Wereldbank is in deze constructie de fondsmanager, Sint Maarten de uitvoerder van de wederopbouw en Nederland de donor. Gezamenlijk moeten zij besluiten nemen over projecten en de voortgang. “Sint Maarten is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wederopbouw en wordt daarbij ondersteund door de Wereldbank. Nederland heeft geen rol bij de uitvoering, maar ondersteunt met technische assistentie op verzoek van Sint Maarten”, legt ze uit.

Dat het lang duurt voordat er geld beschikbaar is, kan Van Huffelen verklaren. Volgens haar zijn er binnen het trustfonds vele stappen nodig voordat er geld beschikbaar kan komen. “De Wereldbank kan alleen een beschikking tekenen als zij het benodigde geld ook in het trustfonds heeft.” Na de goedkeuring komt de realisatiefase waarbij het geld vaak in delen wordt overgemaakt naar de aannemer. “Dit proces kost tijd, zeker bij de grote infrastructurele projecten zoals de bouw van het ziekenhuis of de renovatie van het vliegveld.”

Daarnaast zijn er volgens de staatssecretaris diverse factoren, waaronder de gevolgen van de pandemie en de kenmerken van een “small island state”, die de snelheid van de wederopbouw beïnvloeden.

Een andere kritische vraag van Simons was: ‘Wat moet er gebeuren voordat de mensen van Sint Maarten, die nog altijd in vervallen en verwoeste woningen wonen, eindelijk geholpen worden?’ Van Huffelen antwoordt dat inmiddels het merendeel van de huizen onder het lopende project zijn hersteld. Er zijn meer dan 1.400 huizen en gebouwen gerepareerd met Nederlandse middelen. Er wordt volgens haar ook hard gewerkt om de resterende woningen zo snel mogelijk af te ronden.

Van Huffelen belooft dat zij zich zal blijven inzetten voor de bevolking van Sint Maarten en de voortgang van de projecten op het eiland. De staatssecretaris zegt de Kamer in de eerste helft van 2022 een update te sturen over de wederopbouw.