Een sterke relatie met de Europese Unie kan de sociale en economische prestaties van Curaçao alleen verbeteren als de economische risico’s worden aangepakt. Zo stelt Jose Jardim, financieel economisch directeur van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) tijdens de Europe Direct Curaçao Seminar.

Volgens Jardim wordt er vaak gesuggereerd dat een goede band met de Europese Unie de economische omstandigheden op Curaçao zal verbeteren. “Als de economische risico’s niet worden uitgesloten zullen de prestaties echter niet veranderen”, aldus de financieel directeur.

De EU omvat momenteel 22 overzeese gebieden die verbonden zijn met vijf lidstaten: Frankrijk, Nederland, Denemarken, Spanje en Portugal. Negen van deze gebieden zijn geclassificeerd als Outermost Regions (OR) en dertien, waaronder Curaçao en Sint Maarten, vormen de groep van Overzeese Landen en Gebieden (LGO). De landen van die laatste groep behoren niet tot de EU maar werken samen met de Unie via de Overseas Countries and Territories Association (OCTA).

Jardim benadrukt dat een sterkere relatie met EU zeker voordelen zal hebben voor Curaçao, waaronder meer investeringen vanuit Europa, meer toerisme en een hoger niveau van milieubescherming. Daarnaast zou het eiland door middel van het Europese cohesiebeleid in aanmerking kunnen komen voor meer subsidies. “Aan de andere kant kan verdere integratie in de Unie leiden tot verlies van autonomie en grotere administratieve lasten”, stelt Jardim.

Aan de hand van de analyse concludeert de financieel directeur dat uitgebreide financiële steun vanuit de EU geen garantie is voor een opleving van de economie. “Curaçao kent verschillende economische en sociale risico’s, waaronder de structurele werkloosheid, die eerst aangepakt moeten worden wil de inbreng van de EU voor verbetering zorgen.”