vrijdag 26 april 2024
Kijk | Ontdek | Luister | mee op nu.cw

Nederlandse ouderen van Surinaamse afkomst die een gedeeltelijke AOW-uitkering ontvangen, maken geen aanspraak op financiële compensatie. Dat blijkt uit een advies van de Raad van State (RvS).

Tienduizenden ouderen die in de periode voor de onafhankelijkheid in 1975 in Suriname woonden, krijgen al jaren geen volledige uitkering. Suriname wordt voor de AOW als buitenland aangemerkt, ook al was het land voor 1975 onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden.

Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid keek de raad naar de wettelijke grondslag voor een eventuele tegemoetkoming. Volgens de raad ontbreekt deze. Suriname behoorde voor de onafhankelijkheid niet tot het Nederlandse ‘Rijk in Europa’. Dat was bij de invoering van de AOW een voorwaarde van het basispensioen, aldus de RvS.

De kwestie speelt al jarenlang voor Surinaamse Nederlanders. In 1956 werd de Algemene Ouderdomswet ingevoerd. Die wet regelt een basispensioen voor alle Nederlanders die de vijftig jaar voor hun pensioenleeftijd in Nederland hebben gewoond. De ouderen die tussen 1956 en 1975 in Suriname woonden vallen dus tussen wal en schip.

Bron: NOS