Een van de advocaten, Laura Versluis, van de verdachte in de zaak Themis, Urvin ‘Nuto’ Wawoe, zet bij het begin van het pleidooi grote vraagtekens bij de manier waarop het Openbaar Ministerie (OM) te werk is gegaan. De zaak Themis is vorige week maandag begonnen en duurt nog de hele week. Wawoe wordt in de zaak onder meer verdacht van betrokkenheid bij meerdere moorden, drugssmokkel en witwassen.
De advocaat stelt dat het OM een diepgeworteld geloof heeft in het bestaan van de criminele organisatie No Limit Soldiers, maar daarvoor geen direct of controleerbaar bewijs heeft geleverd. “In plaats daarvan zou het OM zijn zaak hebben gebouwd op aannames, anonieme verklaringen, losse berichten en vage verbanden tussen mensen die elkaar vaak niet eens blijken te kennen”, aldus Versluis.
Volgens de verdediging ontbreekt er concreet bewijs van communicatie of samenwerking tussen verdachten, zoals telefoongesprekken, ontmoetingen of financiële transacties die wijzen op een georganiseerde criminele structuur. Zelfs na jarenlang onderzoek zijn er volgens hen geen harde aanwijzingen gevonden voor een onderling verband.
Daarnaast bekritiseert de advocaat het gebruik van anonieme getuigen, het gebrek aan context bij bewijsstukken en het eenzijdig interpreteren van gegevens. Het OM zou bovendien niet aan de eisen voldoen die het Europees Hof stelt aan een eerlijk proces: er is geen sprake van toetsbaarheid, transparantie of de mogelijkheid tot een degelijke verdediging.
Versluis wijst er ook op dat het hele onderzoek vooral gebaseerd is op aannames over loyaliteit, onderlinge relaties en suggestieve informatie, zonder dat deze aannames juridisch hard gemaakt worden. Daarmee, zo stelt ze, is het fundament van het proces ondeugdelijk en moet vrijspraak volgen.
