Het Instituto Buena Bista (IBB) en het Amarte Fonds starten het project Back to Your Hood, waarin kunstenaars met Curaçaose wortels worden uitgenodigd om via kunst een bijdrage te leveren aan de gemeenschap. Het initiatief is gericht op zowel beginnende als ervaren kunstenaars uit verschillende disciplines, ongeacht hun woonplaats.
Deelnemers krijgen een totaalbudget van tienduizend euro, waarvan vierduizend euro als vergoeding voor de kunstenaar en zesduizend euro voor projectkosten. Het IBB begeleidt hen bij de uitwerking van hun visie op het gebied van educatie, marketing en gemeenschapsbetrokkenheid. Het doel is om kunstprojecten te realiseren die de sociale cohesie versterken en een blijvende waarde toevoegen aan de wijk.
De ingezonden projecten moeten zich richten op thema’s zoals het verkennen van de lokale geschiedenis, het stimuleren van dialogen en het bieden van perspectief aan de gemeenschap. Kunstvormen kunnen uiteenlopen van fysieke kunstwerken en performances tot digitale toepassingen of evenementen. Het project vraagt om initiatieven die specifiek op een bepaalde wijk en haar bewoners zijn gericht.
Het programma staat open voor kunstenaars die op Curaçao wonen of daarbuiten. Het is een kans om de eigen creativiteit in te zetten voor maatschappelijke vooruitgang, met een focus op verbinding en samenwerking binnen de gemeenschap.
1 reactie
Chris
Hoewel ik als kunstenaar sympathie voel voor dit project, zelfs buiten deelneming, vraag ik mij af of de genoemde geldbedragen beter besteed zouden zijn aan innovatie van onderwijs nu we zien dat onze toekomst, onze leerlingen de basisschool veelal verlaten zonder de meest noodzakelijke basisvaardigheden in Nederlands en rekenen te beheersen en met een bijna onoverwinbare achterstand beginnen aan het voortgezet onderwijs. Met als gevolg vroegrijdige uitval en werkloosheid.
.
Zoals eerder betoogd zou de overheid geen subsidie moeten geven aan allerlei instituten en zo heel gericht middelen over te dragen aan ‘bevriende’ clubjes maar door burgers en kleine bedrijven te ondersteunen in het uitoefenen van hun bezigheden. Voor kunstenaars denk ik dan niet aan prijzengeld via bevriende instellingen maar aan het bieden van accommodatie om het werk tentoon te stellen al dan niet voor directe verkoop.
.
Als voorbeeld noem ik de markt van Barber die nu alleen voor de zondagse markt gebruikt wordt. In dezelfde ruimte kunnen lokale kunstenaars en vakmensen hun werk onder de aandacht brengen en mogelijk zelf voorzien in hun onderhoud uit verkoop van het werk. Bijvoorbeeld op vrijdag of zaterdag. En dan geen kooplui met toeristische rommel zoals we die zien in Punda en Otrobanda maar echte vakmensen die ter plekke hun kunsten laten zien: local arts and craft.
.
En zo zijn er veel meer (semi-)overheidsgebouwen die ruimte kunnen bieden aan de vele getalenteerde kunstenaars en vakmensen op het eiland. Het zou een welkome aanvulling zijn op het huidige, vaak elitaire en daardoor beperkte, aanbod van kunst en met mogelijk toeristische potenties.
Reacties zijn gesloten.