Het Nederlandse kabinet organiseert vanaf 1 juli 2023 een herdenkingsjaar over het Nederlandse slavernijverleden in het hele Koninkrijk. Er is twee miljoen euro beschikbaar gesteld voor de organisatie van activiteiten tijdens het Herdenkingsjaar.

Op 1 juli 1863 werd de slavernij in Suriname en op de Caribische eilanden, toenmalige koloniën van het Nederlandse Koninkrijk, bij wet afgeschaft. Toch moest een groot deel van de tot slaaf gemaakten hierna onder staatstoezicht nog tien jaar lang doorwerken op de plantages om ‘de schade van de maatregel te beperken voor de plantagehouders’. Om die reden is voor velen in het toenmalige koninkrijk de slavernij pas ten einde gekomen in 1873. Op 1 juli 2023 is dat 150 jaar geleden.

Tijdens het Herdenkingsjaar staat het Koninkrijk stil bij de geschiedenis en hoe deze vandaag de dag nog een negatieve rol speelt in het leven van mensen. Met het vrijgemaakte budget kunnen zowel grotere instellingen als kleine lokale initiatieven of individuen financiering aanvragen om maatschappelijke en culturele activiteiten te organiseren.

De uitvoering verloopt via het Mondriaan Fonds en het Fonds voor Cultuurparticipatie. Initiatiefnemers zoals musea, theaters, kunstenaars en organisatoren binnen het Koninkrijk kunnen een aanvraag indienen voor het budget voor de organisatie van een activiteit tijdens het Herdenkingsjaar.