De regeringen van Curaçao en Sint Maarten hebben het project voor de introductie van de Caribische munt goedgekeurd, dat meldt de CBCS.  Het project zal dus worden voortgezet. De bank zegt te hopen dat de munt in 2024 wordt geïntroduceerd. 

Het voorbereidende werk voor een eigen munt startte in 2019, maar werden tijdelijk op pauze gezet na de evaluatie van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Hierin werden de voor- en nadelen van de munt tegenover de eventuele dollarisatie gezet. Na de evaluatie heeft de CBCS een document opgesteld waarin alle belangrijke beslismomenten op een rijtje waren gezet. Dit document is overhandigd aan de ministers van Financiën van de landen waarna de regeringen van Curaçao en Sint Maarten beide hun bevestiging gaven voor de introductie van de nieuwe munt.

De nieuwe Caribische gulden-munt krijgt de 5 gulden, 1 gulden, 50 cent, 25 cent, 10 cent, 5 cent en 1 cent denominatie. Het 250 Antilliaanse gulden bankbiljet zal plaatsmaken voor de Caribische 200 gulden. Daarnaast zal de 25 gulden worden vervangen door de Caribische 20 gulden. De andere bankbiljetten die worden uitgebracht zijn de 100, 50, en 10 gulden. De keuze om de bankbiljetten aan te passen is gemaakt omdat de nieuwe biljetten beter bij het internationale betalingsverkeer passen. Verder is de Caribische gulden, net als de Antilliaanse gulden, wettelijk gekoppeld aan de Amerikaanse dollar tegen een koers van US$ 1 tegen 1,79 gulden.

Volgens de bank is het noodzakelijk dat de Caribische munt wordt geïntroduceerd omdat er een verwachte tekort zal komen in de huidige voorraad van de verschillende munten en biljetten van de Nederland- Antilliaanse gulden. Daarnaast vreest de bank voor vervalsing gezien de sterk verouderde specificaties van de biljetten en munten.