Er bestaan grote verschillen tussen Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten wat betreft de toegang die kinderen en jongeren hebben tot gezondheidszorg, onderwijs, sociale bijstand en jeugdzorg. Dat concludeert het zogeheten Kinderrechtencollectief op basis van een onlangs verschenen rapport van de Verenigde Naties (VN).

De verschillen tussen Nederland en de BES-eilanden verdienen daarbij bijzondere aandacht. “Het maakt een verschil in welke gemeente een kind woont en dat heeft grote gevolgen voor kinderen in kansarme situaties”, stelt het Kinderrechtencollectief.

Nederland moet dringend werk maken van de naleving van kinderrechten. Er zijn vooral tekortkomingen geconsteerd bij de vluchtelingenopvang en pleegzorg op de eilanden. Het kinderrechtencollectief is blij dat de Kinderombudsmanwet op Curaçao is geratificeerd. Desondanks raadt de VN Nederland aan om ervoor te zorgen dat er met spoed in alle landen binnen het Koninkrijk een onafhankelijk instituut wordt opgericht ter bevordering van kinderrechten. Dit instituut moet de klachten van kinderen op een kindvriendelijke manier behandelen.

Het VN-Kinderrechtencomité heeft een flinke lijst verbeterpunten gepresenteerd, onder meer over geweld tegen kinderen, migratie, de gevolgen van klimaatverandering, de toeslagenaffaire en digitale kinderrechten.