Statenlid Eduard Braam (MFK) heeft een rechtszaak tegen de Curaçaose overheid aangespannen. Braam wil zich opnieuw beschikbaar stellen als minister van Justitie. Zo schrijft het Antilliaans Dagblad.

Het parlementslid werd deze zomer door formateur Gilmar ‘Pik’ Pisas gevraagd om minister van Justitie te worden. Wegens een veroordeling in 2002 kreeg hij in gesprek met gouverneur Lucille George-Wout te horen niet ministeriabel te zijn. Braam besloot zich terug te trekken, nog voordat hij kon worden voorgedragen.

Volgens Braam is hij nooit veroordeeld in de zin van de Landsverordening integriteit (kandidaat-)ministers. Hij erkent wel dat bij de uitspraak van het Gerechtshof in Amsterdam bewezen is verklaard dat hij een strafbaar feit heeft begaan. “Maar het Hof heeft Braam geen straf of maatregel opgelegd”, aldus zijn advocaat Bertie Braam.

Het Land Curaçao ziet de vordering van Braam niet zitten. “Het belang van de bevolking bij een integer bestuur, dat ingevuld kan worden door de bepaling dat iemand die wegens een misdrijf veroordeeld is niet tot het ministerie wordt toegelaten, weegt zwaarder dan het belang van Braam”, benadrukt advocaat Mirto Murray tegenover de ochtendkrant.

Het Statenlid wil een uitspraak van het gerecht over zijn benoembaarheid als minister van Justitie om zich vervolgens opnieuw beschikbaar stellen en zich te laten voordragen door de premier. Als het gerecht de schuldigverklaring aan een strafbaar feit zónder oplegging van een straf ook onder de veroordeling plaatst, zal Braam met aanvullende juridische argumenten komen.