“Er is wél voortgang in het proces. Ik ben zelf aan tafel gegaan met de besturen en we zijn tot een voorstel gekomen over protocolen die nu ingevoerd moeten worden. Dit voorstel ligt nu ter evaluatie bij het Covid Strategisch Team.” Dat zegt Steven Martina (MAN), minister van Economische Ontwikkeling.
Martina reageert hiermee op de manifestatie die de belangenorganisaties voor de Curaçaose entertaintmentwereld AMAK en KIF morgen houden op het Wilhelminaplein.
Een paar weken geleden hebben de twee organisaties brieven gestuurd aan minister-president Eugene Rhuggenaath, minister van Justitie Quincy Girigorie en Martina. Daarin werd verzocht om aan tafel te gaan om tot een oplossing te komen voor het uitgaansleven op Curaçao, dat zwaar te lijden heeft onder de Corona-maatregelen.
Door de belangenorganisaties werd een ultimatum gesteld en werd er gedreigd met een manifestatie als er niet aan het ultimatum voldaan werd.
De overheid gaf gehoor aan het verzoek voor overleg en AMAK en KIF zijn een aantal keer bijeengekomen met overheidsfunctionarissen. Er is een protocol geformuleerd, maar de twee organisaties vinden dat een definitieve beslissing hierover te lang uitblijft en hebben daarom besloten om morgen alsnog over te gaan tot actie.
Vorige week al werd er bij Mambo Beach actie gevoerd door de groep “Artistanan Uní den Lucha” (Ariesten Verenigd in de Strijd). Ook zij zijn morgen van de partij.
Martina zegt dat hij zich kan voorstellen dat AMAK en KIF sneller resultaat willen zien. “Het voorstel voor een protocol dat we hebben geformuleerd biedt veel perspectieven. Maar het is niet alleen aan het ministerie van Economische Ontwikkeling om hierover te beslissen. Deze week zullen ook andere ministeries het moeten doornemen en dat is in ieder geval een begin”, aldus Martina.
Tot slot zegt de minister dat Curaçao een democratisch land is en iedereen het recht heeft om te manifesteren als ze ergens niet blij mee zijn. “Het ministerie zal de ontwikkelingen volgen om een beter beeld te krijgen van wat de klachten zijn. Want we zijn zeker vóór verandering. Waarschijnlijk gebeurt dat niet met de snelheid die AMAK en KIF graag zouden zien, maar de verandering komt er wel.”
